Veranderend beeld

auteur: G.D.v.d. Heide
bron: jaarboek 1985

Op weg naar een gecombineerd museum over poldergeschiedenis van Het Grootslag en Oud-Andyk tezamen met een nationaal museum de Zaadteelt. Reeds in het vorige jaarboek No. 8 over 1984 werd het by het Jaarvergaderingsverslag kort gememoreerd: 

“De plannen voor samengaan met de tuinbouwzaadtelers zyn in een gevorderd stadium gekomen; het komt in de fase van uitwerking. Het is mede daarom van groot belang omdat de zaadteelt en -handel goeddeels hier is begonnen, En aan het einde van het jaar 1984 waren er reeds een aantal stappen gezet tot realisatie van die plannen. Er bestond al lang een Commissie “Saet en Cruyt” uit de NTZ, die gedachten had gevormd een nationaal zaadteeltmuseum te stichten, maar de uitvoering liet op zich wachten. Dat was eigenlyk totdat het initiatie werd genomen tot een voorstel tot samengaan met het poldermuseum te Andyk dat een grote zolderruimte bezat die niet werd gebruikt en wel om een bestemming vroeg. En dan wel graag een bestemming die zou passen in de opzet van de secundaire gebruikswyze van het oude gemaal-gebouw, dat de gemeente ten behoeve van de Stichting “Oud-Andijk” had aangekocht. Dit nu tot nationaal zaadteeltmuseum te bestemmen door samengaan met de genoemde Commissie zou een uitstekende mogelijkheid voor samenleving van beide instellingen tot beider voordeel kunnen worden. Dat was al eerder besproken maar de uitvoering liet relatief lang op zich wachten. 

In het jaar 1984 evenwel kwam het plan beter op de rails. Er kwamen meer gesprekken op gang, gedachten omtrent een inrichtingsplan, een bouwplan en een concept voor een tentoonstellingsscenario. 

Dit is diverse malen aan de orde geweest in de vergaderingen van de Commissie “Saet en Cruyt ” en verkreeg geleidelyk aan zyn definitieve vorm, 

waarna gesproken kon worden over het draaiboek voor de invulling. Daarbij zal natuurlijk niet kunnen worden volstaan met alleen maar prachtig foto-materiaal dat er zeker voorradig is maar ook allerlei werktuigen uit de geschiedenis van het zaadteeltbedryf zullen daarby moeten worden getoond. Vandaar dat een van de activiteiten van de Commissie zich richt op het al dan niet in eigendom danwel in bruikleen verwerven van zulk werktuigmateriaal. Het museum Oud-Andijk had in zyn opstelling vrij wat van zulke werktuigen en handgereedschap opgenomen met uitbeelding in foto’s hoe ermee werd gewerkt, Dat was instructief genoeg. Maar het is niet nodig dat beneden en boven dezelfde zaken aan de orde komen weshalve Oud-Andyk een deel van het expositiemateriaal op dit terrein af sal staan in bruikleen. Voorts zijn de diverse zaadteeltbedryven in ons land, aangesloten bij de NTZ, langs die lijn zijn gevraagd of zij gereedschappen bezitten dae voor de expositie al dan niet permanent in aanmerking kunnen komen. Er is van sommige bedryven reeds een reactie binnen en dat lijkt nogal positief 

Er wordt ook gedacht aan dia-projectie zodat in de gedachten omtrent de verbouwing van de zolder een ruimte voor een klankbeeld is opgenomen De opzet van de tentoonstelling voor “Saet en Cruyt” is een tamelyk ambitieus plan, want men wil niet puur museaal werken met uit- sluitend beefverwerking van het verleden, maar ook het heden moet er naast de geschiedenis van het zaadvak naar voren worden gebracht zonder alleen maar te denken aan commerci9, Bovendien is het een landelijke, een nationale, opzet wat betekent dat het zeker niet een bedryfsgebonden exposatie mag worden. 

De gedachte aan het nationale zaadteeltmuseum-hier is voortgekomen uit de duidelyke historische relatie met Andijk, waar een groot deel van de zaadteelt is begonnen. Maar er was ook lang voordien natuurlyk het telen van zaden door allerlei kwekers, die voor de voortgang van hun bedryf zaden namen van hun eigen gewassen en daarmee konden voortgaan. Wat vooral tot uitdrukking moet komen in de opzet van het zaadteelcmuseum – dat stellig ook een groot aantal leken zal aantrekken, die er nauvelijk iets van weten als het niet in begrypelyke uitbeelding wordt gebracht is dat getoond zal worden de ganse cyclus van zaad tot zaad voor een heel aantal diverse gewassen waarmee velen in het dagelijks leven te maken zullen hebben voor groententeelt, voor tuinen, maar zelfs ook voor de gogenoemde “balkonboeren” die op klein terrein ergens in de stad toch wat willen telen. 

Het nu vastgestelde scenario dat als uitgangspunt dient door de vaste expositie daarnaast zullen er telkens wisselende exposities worden samengesteld – is na een inleiding, het weergeven van de geschiedenis van de zaadteelt in de grote lijn, daarna wordt ingegaan op de plaatselyke ontwikkelingen zowel in eigen omgeving hier als elders in het land. Ook de organisaties in de loop van de tijden komen aan de orde en vooral ook onderzoek, als het schonen van het gewas, de selectie, researchwerk zowel in laboratoria als te velde in proeftuinen en-kassen. Voorts nog gevaren van ziekten en plagen en verbastering, erfelijkheid, bodem en klimaat en waterbeheersing. Zeker is het een ambitious plan, Zeker is ook dat sommige van de onderwerpen maar even kunnen worden aangetipt, maar in wisselexpo- sities verder kunnen worden uitgediept.