De bewoners van de Watermolens in Andijk

auteur: Siem Kieft
bron: jaarboek 2011

De eerste molen ontbreekt op deze foto

In voorgaande jaargangen (1979, 1993, 1994 en 2008) zijn er artikelen geplaatst over de molens in Andijk. In de jaargang van 1993 wordt vermeld dat pas vanaf 1860 de namen van de molenaars voorkomen, maar dit is niet juist. Ze zijn bekend vanaf 1827 tot en met 1843 en in 1860 en 1861 en vanaf 1900. Verder is er alleen maar een vermelding hoeveel salaris er aan de molenaars van de Noorder-, Ooster- en Zuidermolens samen betaald is. 

In totaal waren er 13 molens in het ‘Grootslag’. Vijf in Andijk (later 4), 3 in Enkhuizen (tot 1864) en 5 in Broekerhaven. 

Over deze ontbrekende periodes is met moeite nog een aantal molenaars in de Noordermolens gevonden. Dit zoeken moest via het bevolkingsregister en zoeken naar het beroep molenaar, wat soms wel maar soms ook niet vermeld werd. Van vóór 1827 heb ik nog iets over Pieter Waker, Pieter Heeresz en Dirk Haakman gevonden. 

Eerst nog even een kadasterkaart van de 5 molens vóór de bouw van het stoomgemaal.

Molen 1

1812-1843 

Al iets voor 1827 van Pieter Waker, ged. 01- 12-1754, overl. 07-12-1842, geh. met Trijntje Kort, ged. 08-10-1752, overl. 17-09-1826. Pieter was getuige bij de geboorte op 16-07-1812 van Grietje, dochter van P. Heeresz en Jantje Pieters (molen 2) en beiden met vermelding molenaar. Medebewoners Jan Waker, 24 jaar, zn. en Trijntje Muller, dienstmeid.

1844-1850 Onbekend 

1850-1873 

Cornelis Kieft, geb. 16-11-1813, overl. 27-10- 1873, geh. met Trijntje Vriend, geb. 17-08-18919, overl. 08-02-1903 (mijn overgrootvader). Er werden 5 kinderen, geb. 1845, 1848, 1851, 1853 en 1859. Bij de geboorte van het le kind Jan, was hij nog dagloner. 

1873-1883 

Trijntje Kieft-Vriend. Zij is na het overlijden van Cornelis vrij zeker nog enige jaren molenares geweest samen met haar zoon Jan. Daarna is de molen gesloopt wegens uitbreiding van het stoomgemaal. Van deze molen is geen foto.

Molen 2

1812-1828 

Pieter Heeresz, geb. ± 1775, geh. met Jantje Pieters en wed. Pieter Heeresz. Verder geen gegevens.

1828-1883 

Jan Waker, zn. van Pieter Waker (molen 1), geb. 1806 Wervershoof, overl. 02-11-1891, gehuwd 30-01-1831 met Sijbrecht Kort, geb. 1805 Andijk, overl. 31-07-1850. Uit dit huwelijk kwamen 4 zonen en 4 dochters, geb. 1833, 1836, 1838, 1840, 1842, 1844, 1846 en 1848. 

2e huwelijk 08-08-1858 met Sijmentje Vlaar, wed. van Jan Mantel. 

1883-1891 Onbekend 

1891-1906

Simon Kieft, geb. 20-04-1859, overl. 09-08- 1936, geh. met Rempje Burger, geb. 05-10- 1861 Grootebroek, overl. 09-08-1928 (mijn grootvader). Zij kregen 5 kinderen: 2 zonen en 3 dochters, geb. 1890, 1893, 1896, 1902 en 1906.

Molen 2

Links molen 2

Molen 3

1827-1848

Pieter Kollis, 46 jaar, geb. Westerblokker, geh. 03-04-1808 met Jantje Hendriks Zinger, geb. ?? Venhuizen. Uit dit huwelijk kwamen 4 zonen en 3 dochters: 2 geboren in Bovenkarspel en de anderen in Andijk. 

1848-1882 

Cornelis Haakman, geb. 20-08-1823 Andijk, geh. 04-05-1848 met Teunisje Appelman, geb. 11- 09-1823 Andijk. Uit dit huwelijk 2 zonen en 6 dochters. Bij de geboorte van Grietje op 30-04- 1858 is zijn beroep molenaar. Op 07-05-1882 vertrekken zij naar Wervershoof. 

1882-1900 Onbekend 

1900-1906 

J.Krul, geb.09-05-1870, gehuwd 18-01-1894 met Vrouwtje Bakker, geb. 06-03-1871 Enkhuizen. In het gezin werden 3 dochters geb. 1895, 1896, 1902 en 2 zonen 1900 en 1906. Bij de geboorte van Marijtje in 1902 werd als beroep molenaar vermeld.

Molen 4

1812-1858

Dirk Haakman, geb. 1782 Westwoud, overl. 14- 01-1858, gehuwd met Lijsbeth de Boer, geb. 1784 Bovenkarspel. Zij kregen 6 kinderen, allen geboren in Andijk. Dirk was ook getuige bij de geboorte op 16-07-1812 van Grietje, dochter van Pieter Heeresz (molen 2) en beiden met vermelding molenaar.

1858-1893

Eilander, geb. 24-01-1817 Wijdenes, overl. 30- 10-1893, geh. 19-03-1843 met Elisabeth Borst, geb. 29-04-1819 Hoogwoud. 2 kinderen: Klaas en Jacob, geb. 13-01-1844 en 08-05-1848 te Andijk. Daarna nog 3 kinderen jong overleden.

1893-1906

Eilander, geb. 18-08-1877 Andijk, geh. 15- 09-1898 met Geertje Bruijn, geb. 11-02-1878 Mijdrecht. 4 kinderen, geb. 1898-1905, allen te Andijk. Bij hun huwelijk is zijn vader Klaas molenaar en gehuwd met Leentje Smit. (Mogelijk is die op deze molen molenaar geweest maar daar heb ik geen zekerheid over gevonden.)

De laatste 2 molens

De laatste 2 molens

Molen 5

1827-1834 

Wigger Waker, 45 jaar, geb. Westwoud, geh. met Dieuwertje Bakker, overl. 13-12-1834, zn. van Pieter Waker en Trijntje Kort, getuigen Pieter Waker, 80 jaar, en Jan Waker, 28 jaar, neef en beiden molenaar. Zij kregen 3 zonen en 3 dochters. 

1834-1843 Onbekend 

1843-1883 

Nanne Waker, geb. 20-10-1822 (zn. van Wigger), overl. 28-11-1883, ongehuwd. Maartje Waker, geb. 07-03-1827, dienstmeid. 

1884-1906 

Teeuwis de Haas, geb. 29-09-1852, overl. 22-12- 1914, geh. met IJtje Singer, overl. 23-06-1927. Uit dit huwelijk kwamen 8 kinderen: 2 zonen en 6 dochters, geb. 1882, 1884, 1885, 1887, 1889, 1892, 1896 en 1900. Zij waren de laatste bewoners van de Andijker watermolens.

Advertentie Enkhuizer courant 1910

Alles heeft zijn tijd

Andijk. De laatste der vijf watermolens, de z.g. Groote Molen, ligt aan den grond, gevallen onder sloopershanden. Roemloos is hij gevallen, zelfs zijn standplaats op den Molendijk zal weldra verdwenen zijn, alles wordt vlak gemaakt. Zoo gaat het, alles heeft zijn tijd. Roemloos is zijn verleden niet. Duizenden menschen hebben in de loop van eeuwen aan hem en zijn medegesloopte broeders te danken gehad, dat onze laag gelegen polder niet in een groote watervlakte werd verkeerd en geschikt bleef om welvaart te brengen aan thans bloeiende gemeenten. De stoom heeft onze watermolens verdreven. Gezelliger en mooier is het er niet door geworden. Die lange steenen en voor de omwoners soms leelijk rookende pijp is dood, de vroolijk en lustig draaiende molens leefden.

Maquette te zien in het Dijkmagazijn

Maquette te zien in het Dijkmagazijn, deze geeft een impressie van de ligging van de molens

Advertentie Enkhuizer courant 1910

Andijk. Hedenmorgen 19 mei viel J.Molen bij het slopen van den laasten watermolen alhier van een geringe hoogte op den bovenste zolder neer, zoodat hij niet kon loopen. De dokter verklaart dat er niets gebroken is.

De molenaars op de eerste molens waren Admiraals, gaven het sein om te gaan malen en ontvingen een hoger traktement. Boven hen stond nog een Molenmeester, die door de gemeente werd aangewezen. 

Wat was de verdienste van deze molenaars? 

Dit was de vermelding in de Instructie voor de molenaars in dienst bij den polder “T GROOTSLAG”. 

Art. 15. 

De molenaars genieten eene vaste jaarwedde, alsmede voor het maalseizoen. Van primo November tot ultimo April, 20 dubbele mudden turf en 26 kan Olij, de welke hun zal worden geleverd van wege het bestuur. 

Art. 18. 

De admiraals zullen voor de meerdere diensten aan hunne betrekking verbonden, ieder f 18,= genieten boven hunne jaarwedde als molenaar. 

Op 18-05-1853 werd Dirk Veen voorgedragen als opvolger van Kornelis Singer en op 26-10- 1864 was er een stemming tussen C. Mos en P. Kooyman als opvolger van Veen; Mos kreeg 5 en Kooyman 2 stemmen. 

Overbemaling 

De molenaars hadden buiten het maalseizoen andere inkomsten waar weinig over bekend is. Van mijn grootvader weet ik dat hij ook tuinder was en in 1908 al tulpen teelde. Van Teeuwis de Haas is bekend dat hij stoker was op het gemaal. Van de overigen is er niets bekend. De meesten beschikten over wat grond bij de molen voor eigen gebruik. Dit is op foto I nog te zien en op de maquette in het museum. 

Bij zomers met extra regenval kregen de molenaars meer uitbetaald, meestal de admiraal. In 1829 ontving Pieter Waker over 14 weken overbemaling f 122,=. In november 1832: Betaald aan M.H. de Jong voor vertering van de Molenaars bij gelegenheid van het betalen hunner tractementen en vernieuwde aanstelling somme f 10,=. Hun traktement werd maar eenmaal per jaar uitbetaald. 

In 1827 was dit: Pieter Waker (Admiraal) f 98,=, Erven Pieter Heeres en Jan Waker f 29,45 en f 50,55 = f 80,= (molen 2), de andere 3 elk f 75,= (Kollis, Haakman en Waker). 

De natte zomers waren:

1835: f. 26,25, I mei-12 mei
1839: 3 Admiraals, 9 weken, f 204,75
1840: 3 Admiraals, 25 ct per dag, f 13,= 1843: 3 Admiraals, 18 dagen, f 117,=
1847: 13 molenaars, 6 dagen à 50 ct per dag, f 39,= (vermoedelijk een natte zomer)
1853: 12 molenaars, voor 20 dagen, f 102,= (ook een natte periode?)
Van 1880 tot 1906 is het gemiddelde traktement f 850,= tot f 900,- voor de 12 molens. Uitschieters voor overbemaling zijn: 1891: f 1074,=, 1898: f 1033,-, 1903: f III 1,50 en 1905: f 972,=. 

Kadasterkaart omgeving Molenhoek met de 5 molens voor de bouw van het stoomgemaal.

note: de foto’s in dit artikel zijn niet heel scherp. Hierbij een oproep voor wie de foto’s heeft in een betere kwaliteit. Graag een e-mail naar gabriellefraanje@gmail.com. Bedankt.
Eventueel andere relevante foto’s van de molens zijn ook zeer welkom.