Toen ons Museum nog Watergemaal was.

auteur: Guus van Gelder
bron: Jaarboek 2003

Een damwand in de Molensloot. Het was de bedoeling om de binnenkolk zo goed mogelijk droog te maken. Dit voor reparaties aan het krooshek plus beton- en houtwerk. (Op de achtergrond de Molenweg, rechts staan thans kassen).

Het prachtige gebouw, wat thans het onderkomen is van ons “poldermuseum” en het museum “Saet & Cruyf”, was tot ongeveer 1973 het Watergemaal wat onze polder droog hield. Vanaf dat moment werd het werk overgenomen door het nieuwe gemaal wat zo’n 100 meter ten oosten van ons museum staat. Dat nieuwe was nodig om, in ieder geval, twee redenen. Ten eerste; omdat de capaciteit van het waterverzet behoorlijk verhoogd moest worden toen de in gang gezette Ruilverkaveling er toe leidde dat duizenden kubieke meters waterberging verloren gingen door het verdwijnen van de meeste sloten. Er moest in kortere tijd veel meer water vanuit de polder in het IJsselmeer kunnen worden gebracht.  

Ten tweede ging het waterpeil van de polder met zo’n 1.50 meter omlaag en dat was voor het oude gemaal geen haalbaar niveau. Het oude gemaal, ons museum, is gebouwd in 1863 voor de som van ₤18.000,= (€ 8.168.=) bij de aanbesteding op 23-10-1862. Tien jaar later werd het gebouw vergroot en wederom tien jaar later, in 1882 herhaalde zich dat, toen betrof het; gedeeltelijk wegbreken en veranderen van het machinegebouw en het plaatsen van een bijgebouw, schoorstenen en bij behorende werken aan de zeedijk, er werd gesproken over een binnenwaterloop en buiten waterlopen.  

In het totaal heeft het oude gemaal er zo’n 110 jaar voor gezorgd dat de waterstand in onze polder en rondom onze huizen op peil bleef.  

De aanleiding.  

De aanleiding van dit artikeltje is het feit dat wij in het voorjaar van 2001, op een middag dat we zelf suppoostendienst hadden, Piet Bloeming bij ons in het museum op bezoek kregen. Piet, thans woonachtig in Medemblik, had een serie fotootjes bij zich die genomen waren tijdens, waarschijnlijk, de laatste renovatie welke plaatsvond aan ons oude gemaal.  

Die herstelwerkzaamheden vonden plaats in 1948 en werden uitgevoerd door de fa. Boelen en Bloeming; een kort na de oorlog ontstane firma. De heren waren zwagers, beiden als grondwerkers afkomstig uit het oosten van het land. Elk hadden zij een Andijkse gevonden als huwelijkspartner, de gezusters Bakker. Geert Boelen trouwde met Cornelia en Lammert Bloeming koos Geertje Bakker als zijn echtgenoot.  

Toen wij Piet Bloeming (zoon van) vroegen of het mogelijk zou zijn om enige verklaring bij de gemaakte foto’s te leveren, heeft hij naderhand zich in verbinding gesteld met Meindert Deen uit Grootebroek die ten tijde van het werk 2e machinist was bij het gemaal.  

Dat is toen dik voor elkaar gekomen, zodat wij thans in staat zijn u in dit jaarboekje een selectie van die foto’s te brengen, met het nodige commentaar.  

Nog een woord van dank aan de heren Bloeming en Deen.  

De wapening aanbrengen boven de inlaten van de binnenkolk. L. Bloeming kijkt toe op het werk van de vlechters. (aan de overkant het “Polderhuis” vroeger bewoond door een van de medewerkers van het gemaal. Thans door de familie Berkhout).  

Reparaties in de buitenkolk. De kleppen van de deuren worden allemaal opgeknapt. De aanzetten van de uitlaten worden afgehakt en van een nieuwe betonlaag voorzien. Het sluiten van de kleppen en de deuren wordt zo weer hersteld. De personen zijn Gerrit Krul en Cor Bakker (uit de Bangert).  

Het was nog een hele klus.  

Het was nog een veelomvattend werk getuige het fotoverslag. Vooral ook de voorbereidingen die logen er niet om want waar gewerkt moest worden moest het wel helemaal droog zijn. En kijkt u eens naar de bedragen welke ruim vijftig jaar terug gebruikelijk waren, dat bood echt geen ruimte voor bouwfraude!

Herstellen van de sluiskolken ƒ 800

2 schuiven van staal ƒ 2.400

kosten krooshek ƒ 930

afdammen werkput ƒ 300  

drooghouden ƒ 150  

verzorging kleppen ƒ 1.000

totaal ƒ 5.580  

Net hadden wij dit artikeltje klaar, toen wij 27 december. in de krant het overlijdensbericht lazen van de heer Meindert Deen. Jammer, hij heeft hier geen kennis meer van kunnen nemen. Wat blijft is onze dank!

Overzicht van de buitenkolk aan de noordkant. De deuren die in beide booguitgangen in de dijk moeten worden geplaatst liggen ervoor. Van hieruit ging het water dus de zee in.  

Overzicht van de buitenkolk. De groep in het midden, met de ijzeren schuif links op het einde. Van daaruit liep het water in de zomermaanden terug de polder in om er bij droogte het peil te handhaven. De grote gang rechts bracht het water van de machines in de kolk. De mannen zijn aan het beton maken, alles met de hand, v.l.n.r. L. Bloeming, Ben Vingerhoed, Gerrit Krul, een opzichter, Klaas Bakker en een opzichter.  

Hier kunt u goed zien welk een diepte die buitenkolk had. Als u zich bedenkt dat die oppervlakte van die buitenkolk naderhand tot straat hoogte is opgevuld en thans dienst doet als een mooi parkeerterrein voor ons museum begrijpt u dat het heel wat kubieke meters geweest zijn. Anderzijds, u kunt zich nu een beeld vormen, als u uit uw auto stapt, wat er zo’n 30 jaar geleden onder uw voeten zat.